Zwaluwse vestbrieven Breda

Vestbrieven 1509, 23-10-1509

Partij 1.1, woonachtich bynnen de vierscharen van der Zwaluwe, bekent voir B. 7 jaren langh A. gehuert te hebben teghen 2.1 van Roesendael. En 1.1 moet oic C. betalen. Borghen sijn 2.2 en diens brueder 2.3, wonend ter Heijden. Geregistreerde Anthonis Jan Woutersen (partij 1.1)

GAB vestbrieven Breda R419, f.139, 19-02-1510

Bouden Ghijsbrechtsz heeft vercoft Jan Willem Zangers en Mathijs Claeusz beyde wonende op te Leeghe Zwaluwe veertich sester rogs.

GAB vestbrieven Breda R419, f.139v, 19-02-1510

Quamen Jan Willem Zangers en Mathijs Claeusz, beyde wonende op te Leeghe Zwaluwe debet Bouden Ghijsbrechtsz 116 rijnsgld toecomende van 40 sester rogs die sy van de voors. Bouden gecocht hebben.

Quam Cornelis Peters vanden Merberch diemen heyt Cornelis Schreynmackers, wonende ter Teteringen, heeft vercoft Jan Willem Zangers wonende in de Zwaluwe 12 jaer lang geduerende elcx jaer vyer sester rogs.

GAB vestbrieven Breda R419, f.16v, 08-04-1511

Quamen Jacob Cornelisz. En Joos Cornelisz., broeders wonende te Zwaluwe vhz en i.n.v. Jasper, Willem, Jacob en Matheus hun broeders en i.n.v. Jan Anthonis die zy vervangen. En geloofde Jan van Bruheze rentmeester van de Zwaluwe tbv mij:h van Nassau te stellen den thienden penninck etc. Borg: Cornelis vanden Brande.

GAB vestbrieven Breda R422, f.28v, 27-03-1514

Quamen Anthonis Hughen, Jan Willem Cornelis de Wilde, Adriaen Kyelen, Cornelis de Coninck, Mathijs Costens, Aert Onnen, Michiel Claes, Mathijs Claes, Domaes Cornelis, Jacob Cornelisz, Peter Aert Onnen, Jacob Aert Onnen, Jan Schaert, Jan van Bavel, Lysbeth Neel Boyens, Vranck Jansz, Anthonis de Coster, Lenaert Joostz, Cornelis Jan Schaerts, Neleman Joos, Neleman Floren, Adriaen Jans, Michiel Floren, Adriaen Joos, Jorys Jans en Adriaen Floren alle wonende op te Hooge Zwaluwe en in de Leeghe-Zwaluwe, kenden en lyden dat sy in huyre genomen te hebben van Jan van Bruheze als rentmeester mijnsgeheeren van nassau op te Zwaluwe deselve mijnsgeheeren visseryen onder de heerlicheyt van Zwaluwe, van Twintichoven, van drymmelen en oic van Almonde en Dubbelmonde.

GAB vestbrieven Breda R425, f.65v, 01-10-1518

Quamen Kathelyn wijlen Cornelis Joosz weduwe wonende op te Leegh Zwaluwe met Joos Cornelis Joosz. Haar zoon en voogd en deselve Joos oic vhz, kenden en lyden dat wederomme in pachtinge en hueringe genomen hebben tegen Adriaen Haghaerts als casteleyn mijnsgeheeren van Nassau op te Nieuwervaert een visserye geheyten “tZwijn” gelegen onder meester Claeslant aan de zuidzijde van de Zwaijn in alder maniere gelijc dat in huerden en pachtinge gebruijckt hebben en gebruijcken een termijn van 4 jaeren lanck van 8 jaeren, het eerste jaar ingaande tot kerstmis 1519 ludicx  style n.c. elck jaer om 13 rijnsgld. Borg: Lenaert Lenaertsz van Venloo.

GAB vestbrieven Breda R432, f.114v, 27-11-1526

Quamen Cornelis Jan Willemsz en Laureys Joostz beide wonende op te Zwaluwe, hebben de vogelarije gepacht van Cornelis Cornelis Ygrams die het gepacht heeft van de heer van Nassau, te weten den achtersten cloender die Jan Willem Sangers plach te gebruiken van der val westwaert tot M.H. van Berghen land toe en van Peter Nouts land zuidwaaert van de val gelegen om de twee percelen gorssinge te moghen bevoghelen.

GAB vestbrieven Breda R438, f.3, 30-12-1532

Quam Cornelis Adriaen Michiels schout op te Hooghe-Zwaluwe,  kende dat Alyt, Goys Goossen Wayenberch weduwe afgelost heeft inv haar kinderen 10 veertelen rogs die hem de voors. Alyt en haar kinderen selve jaerlicx uitreykende was en de voors. Cornelis Adriaen Michiels eertyts van Mathys Claesz erfgenamen uyt de Swaluwe gecoft heeft.

GAB vestbrieven Breda R359, f.8, 03-05-1538

Quam Adriaen Aert Onnensone wonende op te Leegh Swaluwe als man en voogd en i.n.v. Kathelyn Boyden Claesdr sijn huisvrouw. Hij heeft procuratie van zijn vrouw en in die hoedanigheid kent hij dat Jan H…….de blaeuwverwer wonende tot Antwerpen hem volledig betaald heeft  1/3 deel  als zijn vrouw Kathelyn van de blaeuwverwer competeert na de dood van wijlen Lysbeth Jan Mertensdr, Jacobs Tybigo (?) des blaeuwverwers huisvrouw was aengedeelt was in een pondt groot brabants jaarlijks losrente etc. En die de voors. Jan uitreikt op zijn huis etc. te Antwerpen, welk hij eertijds had verkregen van de voors. Jacob Tybigo (?)

GAB vestbrieven Breda R455, f.46v, 28-03-1550

Quam Alaert Jan Henricxz van Leyden wonende ter Heyden, Adriaen de oude en Adriaen de jonge gebroeders, wijlen Cornelis Gheryt Janszonen beide wonende op te Zwaluwe, alle vhz en alle drie de comparanten i.n.v. Marie Cornelis Gheryt Janszoons dochter, wittige huisvrouw Anthonis Peter zoons van den Loop wonende ook op te Zwaluwe en alhier aanwezig. Bekennen dat voom. Alaert en c.s. i.n.v. Barbere en Anne wijlen Cornelis Gheryt Janszoons dochteren hebben verkocht aan Cornelis Godertszone van Ghilse de gerecht  3/4 delen  hen verkopers aangekomen na de dood van wijlen Marie. Jan Henricxx zoons van Leyden weduwe, die moeder was van de voom. Alaert en oude moeder was van de kinderen van wijlen Cornelis Gheryt Janszoons, de helft van 17 rijnsgld die Adriaen Jacobsz van den Kyeboom en Adriaen Adriaen Ghybenzone eertyts schuldig waren jaarlijks uit te reiken aan de voorgen. Marie wijlen Jan Henricxz van Leyden weduwe vhz en t.b.v. haar kinderen, gevestigd op hunnen huizen te ter Teteringen gelegen, die zij van de voom. Marie en haar kinderen voortyts verkregen hebben, volgens oude bried dd. 22-04-1525, Het andere vierendeel behoort tot Anneken wijlen Henrick……Henrickx zoons van Leyden dochter.

GAB vestbrieven Breda R456, f.12v, 27-01-1551

Quamen Willem en Jorys gebroeders, wijlen Hubrechts Jan Willem Zangers zoons vhz en ook i.n.v. Jan de oude en Jan de jonge des voors. Wijlen Hubrecht Jan Willem Zangers sonen hun broeders die zij vervangen alle wonende in de Leege Zwaluwe, kenden dat Dingne hun zuster wittige huisvrouw Frans Cornelis Beens nae wijlen hun ouders dood tegen hen luiden is gedeeld op 4 veertelen rogs sjaars uit en in mindernisse van 13 veertelen rogs erfpacht etc. daer af peter Jan Stappaerts wonende ter Heyde aan gene gen. Evert wonende tot Raamsdock heffende is etc.

(verwezen word naar de losse akte op f.2 voor schepenen te Oosterhout)

GAB vestbrieven Breda R456, f.95, 22-06-1551

Quam Cornelis Joost Peterszone wonende in de Leeghe Zwaluwe, debet Cornelis Willem Corneliszone zijn broeders kinderen 56kgld 15 stuvers van geleend geld.

GAB vestbrieven Breda R460, f.96v, 19-06-1555

Quam Jan Jacobs Janszone heeft verkocht Adriaen Jansz van Bavel wonende op de Leeghe Zwaluwe als voogd en tot behoef van Cornelis, Jan en Marijken wijlen Jan Janszoons van Bavel zijns broeders onbejaarde kinderen. Verkoopt een veertel rogs erfpacht uit en op zijn huis en erf ter Teteringen op ten Merberch liggende.

Zwaluwe R54, ongedateerd

Schuldbekentenis van Mathijs Cornelis stadhouder en schepen alhier aan Janneken Michiel Cornelisdr van Drimmelen met Cornelis Michiels haar broeder en voogd 100 kgld. Geeft in onderpand drie brieven houdende tesamen 2 sester rogge erflicx die Anneken sijnder huisvrouw met haar ander broeders en susters aanbestorven zijn van Heylken Hulshouts.

N. van den Corput, Allerhande acten (Protocollen), 1558 – 1562, 23-505-1559 Geregistreerde verkoper Jan Henrick Huijgen (schipper) wonende te Lage Zwaluwe

GAB vestbrieven Breda R466, f.36v, 22-02-1561

Quamen Kathelyn Boyden Claeszoons dochter met Adriaen Aert Onnenzone haar man in de Leege Zwaluwe wonende. Jenneke wijlen Adriaen Boyden Claeszoons dochter met Jaspar Willem Corneliszone haar man ook in de Lege Zwaluwe wonende vhz, Joachim Henrick Michielszone als voogd en de voom. Jaspar Willem Corneliszone als toeziender, gesamentlijk i.n.v. Adriaenken, Jacobken, Adriane en Cornelie wijlen Michiel Henrick Michielszoons onbejaarde kinderen, daar moeder af is Mechtelt des voors. Wijlen Adriaen Boyden Claeszoons dochter. Er was een scheiding en deling tussen Mechtelt en haar kinderen, Marie wijlen Jan Boyden Claeszoons dochter met (Cornelis) Kerstiaen Anssemszone haar man in ter Heyde wonende, van welcke Kathelyn Boyden Claeszoons dochter en van Adriaen Boyden Claeszoons en van wijlen Jan Boyden Claeszoons heurder broeders kinderen voors. Moeder was wijlen Mechtelt Jan Mertensdochter, Jan Hadet blaeuwverwer en Jacob de Strueper Danelszone volder, samentlijk als gemachtigden i.n.v. Engele, Marie, Paulyne en Sophie gesusters, des voors. Jan Hadet dochteren daar moeder van was wijlen Marie Giels Jan Mertensdochter (proc Antwerpen 27-9-1560) Noch als gemachtigden van Anne, Marie en Elisabeth susters, wijlen Matheeus Giels Jan Mertenszoons dochters (proc. Oosterhout 09-12-1560) etc. etc.

GAB vestbrieven Breda R469, f.140, 06-10-1564

Quam Henrick Scheyf wijlen Peter Scheyfzonen en Jan Anthonis Wouterszonen beide onder de Hoogh Zwaluwe wonende als kerkmeester van de kerk van Zwaluwe etc.

GAB vestbrieven Breda R471, f.105, 06-10-1566

Quam Marie Jansdr Jans van Bavel met Huygh Andries Claes Zweerenz. Haar man op te Hooge Zwaluwe wonende, heeft vercoft aan Adriaen Petersz van Dongen brouwer alhier te Breda wonende 6 veertelen rogs sjaer, daerop zij Marie vercoopersse voorn. Sind haar vaders doot tegens haar twee broeders gedeelt is zoo zij zeyde. Die Cornelis Jan Beertsz. Nu ter tijt uitreyckt. Enkele rogs erfpachten van date 19-6-1555 en van 22-12-1562 en 6-8-1565 welke brieven hier overgeleverd.

GAB vestbrieven Breda R471, f.105, 06-10-1566 220

Marie Jan Jansdochter van Bavel met haar man en voogd Huygen Andries Claes Zweeren, wonende opte Hoogh Zwaluwe, hebben aan Adriaen Peterszone van Dongen, brouwer te Breda, een erfpacht van 6 veertelen rogge per jaar verkocht, die aan Marie bij boedelscheiding met har 2 broers was toebedeeld.D erfpacht wordt nu ter tijd door Cornelis Jan Beertszone als volgt uitgereikt: 5 veertelen volgens de inhousd van 2 akten, die met deze akte zijn getransfigeerd, daterend van 22 december 1462 en 6 augustus 1465, het resterende veertel volgens de akte van 19 juni 1555.Gevest.

GAB vestbrieven Breda R480, f.22v, 08-02-1576

Quam Anssem Adriaen Peters van Dongen, heeft vercoft Bernaert Aelbrecht Ghorissone 5 veertelen rogs, die hem eertijts bij zijn vader Adriaen Petersz van Donegen in houwelijcx goeden bewezen zijn en die den zelven Adriaen zijn vader daer te voren onder andere bij Marie Jan Jans van Bavel met Huigen Andries Claes Zweren haar man en voogd vercoft is volgens schepenbrief dd. 27-04-1567

GAB vestbrieven Breda R813, f.37, 29-09-1578 attestatie!

Ter verzoecke van Adriaen Hubrecht Zangers wonende in de Zwaluwe, omtrent 25 jaar, om naar Walsland te gaan om de sprake te leren. Getuigen Christiaen Back Fransz weesmr. Te Breda, Cornelis Adriaen Rombouts en Dingeman Mathijs dingemansz beide schepenen van Terheyden.